Een blog over innovatie en disruptie. Ben je een Early adopter of een Laggard?
De meeste innovaties en disruptieve technologieën worden in eerste instantie niet op grote schaal gebruikt en regelmatig met argwaan bekeken. Sterker nog men kan dikwijls de ‘oude wereld’ (nog) niet loslaten en al probeert men zich te verdiepen in een ontwrichtende noviteit dan toch kijkt men vaak door een ‘oude bril’ waardoor de nieuwe mogelijkheden nog niet of onvoldoende gezien worden.
The horseless carriage syndrome
Ik werd in een recente lezing van media-econoom en wetenschappelijk docent Matthijs Leendertse getriggerd door z’n voorbeeld over communicatiedeskundige Marshall McLuhan die hier in de vijftiger jaren van de vorige eeuw alreeds een wetenschappelijke term voor bedacht; het “horseless carriage syndrome”. Het fenomeen refereert aan de eerste auto, die eruitzag als een paard-met-wagen, maar dan zonder paard. . Een innovatieve oplossing gebruikt men meestal eerst als (ware het) een bestaande toepassing. Mensen hebben van nature de neiging om nieuwe technieken in termen van de oude te zien. Zo werden de eerste locomotieven "Iron Horses” genoemd.
Het ambiguity effect
In een tijd van snelle verandering is er altijd een vertraging tussen datgene wat er op het moment gebeurt en onze perceptie maar zeker ook de beleving van dit alles. We leven feitelijk al min of meer in de toekomst, maar ons denken hangt nog in het verleden. Dit zorgt voor een zekere verdeeldheid in je brein en dus in je handelen. Waarom is het zo lastig voor de mens om anders te gaan denken en ons gedrag te veranderen? Ontwikkelingspsychologen geven aan dat maar liefs 95% van ons gedrag automatisch en dus min of meer onbewust is. Het zgn. "ambiguity effect" is de neiging om eerder te kiezen voor een optie, waarvan de slagingskans bekend is, dan voor een optie waarbij die kans nog onduidelijk is.
De comfortzone
Het kost veel energie om bewust na te denken over zaken die normaal gesproken vanzelf gaan. Als je dingen anders gaat doen zal dit onherroepelijk leiden tot nieuwe uitkomsten en tegelijk vaak zorgen voor angstgevoelens omdat je niet meer zeker bent van het resultaat of de consequentie. Mensen willen over het algemeen graag in hun comfortzone blijven hangen. De Italiaanse humanist en filosoof Niccolò Machiavelli (1469 – 1527) schreef ruim 500 jaar geleden al: “Niets is moeilijker om aan te pakken, niets gevaarlijker om uit te voeren en niets meer onzeker wat betreft de uitkomsten dan het initiatief te nemen om veranderingen te introduceren”
Het innovatiedilemma
Clayton Christensen waarschuwde in z’n bestseller “Het innovatiedilemma” ondernemers en managers die zichzelf als onoverwinnelijk zagen maar ondertussen door nieuwkomers links en rechts werden ingehaald. Hierbij speelt het “not invented here effect” een grote rol. Het is in feite een onbewuste afkeer van (vrij) toegankelijke informatie, technologieën, producten en/of ervaring wanneer deze van buiten de eigen organisatie naar binnen moet worden gehaald.
Innovatie is geen werkgroep
Innovatie is geen werkgroep of een afdeling, het is geen discipline en al helemaal geen eenmalig project. Het is een manier van denken, je zou het zelfs een levenswijze kunnen noemen. Organisaties die innovatie als gedachtegoed geïncorporeerd hebben blinken uit in een cultuur waarin mensen, ongeacht wie je bent of welke positie je hebt, worden aangemoedigd om dingen anders en beter te doen waarbij men het maken van fouten accepteert en als een natuurlijk proces ziet. Het heeft alles te maken met de impliciete drijfveer om continu bestaande overtuigingen ten aanzien van onder meer producten, klanten en waarde-proposities ter discussie te stellen.
“Als er geen onenigheid is, dan heb je een probleem. . . .”
Kortom innoveren moet een houding zijn die is verinnerlijkt in de cultuur van een organisatie en daarmee een vaste en ultieme component van hun strategie.
‘Never let a good crisis go to waste’ of intrinsiek innoveren ?
Hoewel innovatie dus al een vast onderdeel van je organisatie zou moeten zijn is er juist nu nog een extra reden om te innoveren. Volgens de Nederlandse grootbanken stevent Europa door de oorlog in Oekraïne en de hieraan gekoppelde energieschaarste af op een (milde) recessie. Tegelijkertijd is de arbeidsparticipatie in Nederland nog nooit zo hoog geweest en ervaren nagenoeg alle sectoren een enorme personeelskrapte. De topconsultants van McKinsey voorspellen dat er rond 2030 wereldwijd aan de ene kant zo’n 400 miljoen bestaande jobs verdwijnen (o.a. door automatisering) maar er aan de andere kant ook zo’n 550 miljoen nieuwe gecreëerd worden. Tel daarbij de enorme vergrijzing op en de chaos is compleet. Daarbij komt het effect dat veel bedrijven en organisaties er alles aan zullen doen om hun huidige personeel te behouden zeker omdat ze de laatste 2 jaar hebben ervaren hoe lastig het is om in deze tijd van krapte goed en gemotiveerd personeel te vinden. Ook hier geldt het bekende spreekwoord:
In de laatste decennia is er veel literatuur verschenen over het positieve effect van calamiteiten, rampen en oorlogen. Deze uitzonderlijke situaties geven leiders de kans om zich te profileren en daadkracht te tonen. Daarbij is er meestal een roep om verandering, om bestaande systemen te vervangen of op te schudden. Al met al dus een voedingsbodem voor innovatie en disruptie. Laten we hopen dat de meeste mensen uiteindelijk intrinsiek gemotiveerd zijn om te innoveren en niet de spreekwoordelijke stok achter de deur nodig hebben van een recessie, crisis of ramp om ten langen leste in beweging te komen.
Veel innovatieplezier gewenst!
Comments